De gevolgen van de stijgende hypotheekrente zullen we pas, op z’n vroegst, terugzien in het derde kwartaal. Dat zegt het Kadaster in hun kwartaalbericht. Het Kadaster verwacht de komende tijd een minder actieve woningmarkt met minder harde prijsstijgingen.
Minder grote prijsstijgingen
De hypotheekrente is in korte tijd hard gestegen. In januari lag de rente voor kort- en langlopende hypotheken tussen de 1 en 1,5 procent. In juli was dat al tussen de 3,8 en 4,5 procent. Deze ontwikkeling heeft ook gevolgen voor de huizenmarkt. Het aantal transacties zal afnemen, wat leidt tot minder grote prijsstijgingen volgens het Kadaster.
Afkoeling woningmarkt
Ook economen van de ING voorspellen dat de huizenprijzen eerder zullen stabiliseren dan stijgen. Volgens de bank lagen de prijzen van verkochte woningen in juni gemiddeld nog maar 0,1 procent hoger dan een maand eerder. Dit zou een afkoeling van de woningmarkt kunnen betekenen.
Kwart minder woningen verkocht
Er zijn nog meer tekenen voor die afkoeling. Zo waren er in de eerste helft van het jaar bijna een kwart minder woningverkopen dan in dezelfde periode vorig jaar. Het huizenaanbod neemt juist toe. Dit zou kunnen betekenen dat doorstromers meer haast voelen hun woning te verkopen, mogelijk uit vrees voor een daling van de huizenprijzen.
Daling, maar nog steeds hoge prijzen
De huizenprijzen stijgen al een aantal maanden minder hard dan voorheen, al kostte een huis in het tweede kwartaal gemiddeld alsnog 429 duizend euro. Dat is 17 procent meer dan in dezelfde periode vorig jaar. Het aantal transacties tussen april en juni lag op het laagste niveau van andere tweede kwartalen sinds 2015.